20-08-2010

Lerarenopleiding in Esmeraldas

Begin vorige week waren we met enkele collega's in Esmeraldas, een Afro-getinte provincie aan de kust. Daar hadden we met ons programma 'Escuelas Gestoras del Cambio' een bijeenkomst met vertegenwoordigers van scholen met een bijzondere pedagogische ervaring.

Samen met stagiaire Lien en Alberto, een docent van de lerarenopleiding, bezoeken we ook de pedagogische hogeschool 'Don Bosco' en enkele afgelegen lagere scholen. De eerste dag in de hogeschool spreken we met de rector, de vicerector, enkele docenten en studenten over instrumenten voor klasobservatie en het meten van competenties van leerkrachten. De tweede dag bezoeken we een drietal scholen waar studenten van de lerarenopleiding een jaar 'stage' lopen. Ze krijgen daarvoor 150 dollar per maand. De derdejaarsstudenten betalen hiermee hun vervoer, verblijfsonkosten en vaak zijn ze genoodzaakt om ook te investeren in materialen en aankleding van hun klas. Voor de overheid is het een manier om het tekort aan leerkrachten in afgelegen gebieden op te vangen, voor de studenten is het een bijzondere praktijkervaring. Docenten van de lerarenopleiding proberen hen regelmatig te bezoeken en op te volgen.
Straf was het om te zien waar de studenten terechtkomen - een 'barakske' - en ontroerend om vast te stellen wat ze er dan soms van maken: een kleurrijk klasje, een eerder stimulerende leeromgeving. Heelwat stagiairs werken met verschillende graden, ze getuigen dat het aanvankelijk niet makkelijk is om bijvoorbeeld kinderen van 4 tot 5 verschillende leerjaren tegelijk aan het werk zetten. En dat op enkele vierkante meters.
Tot de middag geven ze les, in de namiddag organiseren ze geregeld activiteiten voor de ouders en de dorpsgemeenschap en 's avonds bereiden ze de lessen van de volgende dag voor. In een school zijn enkele vaders toiletten aan het bouwen, in een andere school moet binnenkort nog een extra klaslokaal gebouwd worden. En de studenten coördineren dat vaak. Ze moeten voor hun school ook een beperkt onderzoeksproject opzetten en de gebruikelijke plannen en verslagen opstellen.

Volgens Alberto komen hun studenten op steeds meer afgelegen plekken terecht. De overheid investeert de laatste tijd immers meer en meer in vaste aanwervingen voor de scholen, waar voordien studenten lerarenopleiding de eerste keer voor onderwijs zorgen. Gewoonlijk vraagt een dorpsgemeenschap vooraf aan een hogeschool met een lerarenopleiding studenten die de school willen helpen opstarten of verderzetten. Twee of drie docenten van de hogeschool bezoeken dan het dorp om de situatie te analyseren en eventueel wat te onderhandelen. De dorpsgemeenschap moet dan bijvoorbeeld een verblijfplaats bouwen voor de studenten. Dat is vaak een eenvoudig gebouwtje bij de school. Soms moeten de ouders instaan voor het vervoer van de student. Als die bijvoorbeeld de laatste 2 a 3 uur van de rit enkel met het paard tot in de school kan geraken.
Juf geeft les aan een groep, de andere groep werkt zelfstandig verder. Hier dus een echte graadsklas.

Vaders werken aan de bouw van toiletten.

Soms zijn er maar enkele leerlingen per leerjaar.Slaapkamer van twee studenten. Eentje van hen 'speelt' directeur en leerkracht. Heelwat studenten kunnen maar om de week naar huis. Stagiairs uit de jungle vliegen soms maar om de 3 maanden naar huis.
De stagiairs moeten ook hun eigen potje koken.
Lukt het even niet met de sommetjes? Dan krijg je een telraam.
En achteraf heeft Alberto een gesprek met zijn studenten. 'Mooie ringen heb je aan', zegt een studente tegen haar docent. 'Doe je me eentje cadeau?', vraagt ze.
Stijn

Geen opmerkingen: